via walvisbaai naar swakopmund

Donderdag, 4 juli. Via Walvisbaar naar Swakopmund

 

De Namib Desert Lodge is een grote aanrader mocht je hier in de buurt zijn binnenkort. We hebben er heerlijk geslapen in onze eigen hut en als we vanmorgen wakker worden is de zon nog net niet op. Al vlot zitten we aan ons ontbijt. Ook dat is weer helemaal prima hier. En wat ik dan altijd super gezellig vind is een restaurant waar de vogels gewoon in en uit vliegen en zo brutaal zijn dat alles op het ontbijtbuffet afgedekt moet worden voor deze rondvliegende rovers. Mijn dag begint dan goed J

Het karretje voor onze koffers staat al bij onze hut klaar als we terug komen van ons ontbijt. Wat een luxe, sjouwen is overbodig. We pakken onze handel bij elkaar, mikken het op het karretje en dat wordt dan keurig door iemand naar onze auto gebracht. Ik check ondertussen uit en betaal de rekening van het eten van de vorige avond. Dan blijkt dat je voor nog geen 3 tientjes (in Euro’s) je buikje helemaal rond gegeten hebt. Kortom, met het vakantiebudget gaat het tot op heden goed (maar ik geef natuurlijk geen garantie).

Uitgecheckt en ingeladen vertrekken we van deze mooie plek met vandaag als eindbestemming: Swakopmund. De route is ronduit adembenemend. De gravelweg van gisteren zet zich voort richting de kust door de meest mooie en verlaten gebieden. De gravelweg heeft de breedte van een 4-baans-weg en is een belevenis op zichzelf. Gisteren en eergisteren ook al op hetzelfde type weg gereden en sommige stukken zijn okay, maar heel veel is verre van okay, maar dat maakt het natuurlijk wel weer een avontuur. 

Nog voordat we het terrein van de lodge af rijden komen we nog Oryx tegen (die bruin, wit, zwarte met lange hoorns). Verder nog een soort van os en een paar struisvogels. Tot aan de poort van de lodge is het al geen opschieten dus met wat we allemaal al tegenkomen.

Buiten de poort van de lodge slaan we linksaf de C14 op en zijn we echt op weg. Zoals eerder gezegd; helemaal top! Wat is de woestijn mooi. De Namib woestijn strekt zich uit over een strook van 150 km breedte uit de kust en loopt van Zuid-Afrika tot in Angola, met Namibië daartussen. En de Namib kent vele varianten. Ik heb onderweg maar een berg foto’s gemaakt om dat aan te tonen (zie hierboven, inclusief de foto van de enige plee onderweg).

Het laatste stuk van de route tot in Walvisbaai (zo’n 100 km) is wat je echt noemt woestijn. Zo ver als je kunt kijken zandvlaktes. Vlak bij Walvisbaai krijg je dan een strook met duinen. Het laatste deel van de route van vandaag hebben we dan weer asfaltweg en dan weet je asfalt pas te waarderen. 

In Walvisbaai zijn we vandaag ook wel enigszins op missie. We zijn natuurlijk op dag 2 al een nummerplaat verloren. Gisteren bij het tanken van de auto heeft de pompbediende de nummerplaat die nog over is, nog maar eens extra vastgezet. Nadat we ontdekt hadden dat we een nummerplaat misten, heb ik de verhuurmaatschappij gebeld. Ik kreeg te horen dat we het onderweg zelf maar op moesten lossen. Dus in Walvisbaai gaan we maar eens een poging wagen om een nieuwe nummerplaat voor onze auto te ritselen. 

Ik google naar een nummerplaatdealer en vind al vlot een adresje. Wat mij overigens al wel is opgevallen is dat er hier rondrijden met witte platen (zoals wij) en met gele……hmmmm

Okidoki. Het nummerplaatadres ingetoetst op de navigatie en hup we duiken Walvisbaai in. Walvisbaai is een havenstad met de nodige industrie. Het is wel wat meer opletten op de weg dan dat we de laatste dagen gewend zijn. Hup, het adresje is vrij vlot gevonden, maar dat blijkt een woonhuis. Okay??? Bij het pand naast ons adres stopt op dat moment een man in een jeep om een pakketje af te geven. Dus ikke vragen waar de nummerplaathandel zit. De man is allervriendelijkst en biedt aan om achter hem aan te rijden naar de shop. Dat blijkt 2 x de hoek om. Eenmaal aangekomen neemt hij het heft in handen en gaat naar binnen om e.e.a. voor ons te regelen. Dan wordt ons de verschillende kentekenplaten duidelijk. Onze auto heeft een Zuid-Afrikaanse nummerplaat (staat ook ZA op de achterkant). De Namibische kentekenplaten zijn geel en deze shop maakt alleen lokale, dus gele platen. Pech dus. Maar niet getreurd, onze redder in nood heeft een vriendje bij de verkeerspolitie. Hup, rijdt maar achter mij aan… En zo sjezen we Walvisbaai door in de achtervolging richting het verkeerspolitie-bureau. Wat er nu gaat gebeuren is dat wij een officiële waarschuwing aangemeten gaan krijgen door de politievriend van onze redder in nood. Met die waarschuwing kunnen we aantonen dat we op het missen van de kentekenplaat gewezen zijn en dan kan/mag de politie ons niet meer bekeuren. Bijzonder…

Hup, wij mee naar het kantoortje van het politievriendje. Die zit in zijn zeer officiële pak in een kantoortje vol met ordners en papieren. Zeer belangrijk allemaal.

Onze redder in nood legt de situatie uit en politievriendje moet Jan z’n paspoort hebben en begint te schrijven. Dan verkassen ze allebei nog even naar een ander kantoor en laten ons in afwachting achter. Het is een bijzondere situatie. Het kantoor is verre van geautomatiseerd en mijn handen jeuken om niet stiekum een foto te maken. Dit gelooft niemand. Na een 5-tal minuten wachten komen beiden terug met een officieel uitziend papier. Politievriendje gaat zitten en trekt een groot stempelkussen tevoorschijn. Met een ferme klap wordt een nog officiëlere stempel op ons papier gezet. En dan verlaten we met een “Thank you so much” het politiekantoor en gaan weer in de achtervolging van onze redder in nood. Want die vind onze noodoplossing voor onze overgebleven kentekenplaat aan de voorkant van de auto maar niks en dat gaat ie fixen voor ons. Hup, wij weer mee naar zijn bedrijf en daar zet ie heel de handel met tie rips vast. Het kost deze man meer dan een uur om ons te helpen. Supervriendelijk natuurlijk. Hij zegt dat als we ergens in Namibië in de problemen komen hem kunnen bellen. Als we hem vragen wat we hem verschuldigd zijn, wil hij van niets weten. Ik ben op deze manier een ambassadeur voor Namibië en heb jullie graag geholpen. Dank je Marcus!!! Als de wereld alleen uit dit type mensen zou bestaan, was er geen rottigheid in de wereld.

Een foto van onze waarschuwing zit tussen de foto’s op deze webpagina en is ons inmiddels een dierbaar souvenir. 

Nou, zonder nieuwe kentekenplaat, maar met een ervaring rijker, gaan we eerst maar eens wat te eten scoren. We stoppen bij een winkelcentrum en parkeren de auto. Parkeren hiero levert ook weer leuke momenten op. Op dergelijke parkeerterreinen loopt altijd wel iemand rond met een oranje hesje en die let voor een paar centen op je auto. Het is een soort van verzekering dat er bij terugkomst de ruiten en je spulletjes nog in zitten. Je geeft het oranje hesje van dienst 10 Namibische dollars en dus voor ruim twee kwartjes wordt er op je auto gepast. We scoren vanmiddag een pizza te eten en na deze late lunch-stop karren we verder naar Swakopmund. 

Vanaf Walvisbaai loopt de weg naar Swakopmund langs de Atlantische Oceaan. Aan de linkerkant van de weg de Oceaan en aan de rechterkant de Namib woestijn met zijn woestijnduinen. Een flink contrast. 

In Swakopmund hebben we vervolgens vlot onze B&B voor de komende twee nachten gevonden. Na een uurtje in de relaxstand kuieren we naar het centrum aan de Oceaan en gaan eten in The Jug. Dat is een schip op het droge dat nu een restaurant is. Daar worden we nog besprongen door No-No’s met hun handelswaar. Als je bij eentje wat koopt, worden het er rap meer, dus we maken dat we het restaurant in komen. Na het eten hebben we voor een paar centen een taxi teruggenomen. Kijken nog een film op Netflix (goede WIFI hier) en dan gaan ook al vlot de oogjes weer dicht. 

Vrijdag, 5 juli.

 

Niks haast vanmorgen. Op ons gemak een ontbijtje in de B&B en dan worden we om 8.30 uur opgehaald voor onze living desert tour van vandaag. Op een verzamelpunt stappen we over in een soort van safari-jeep en die brengt ons de duinen in van de Namib woestijn. Wij zijn nogal van de beestjes en dan niks mooiers als met een gids op pad te gaan. Zonder de kennis van een gids loop je meestal de mooiste dingen voorbij. Kortom, wij houden van dit soort excursies. 

We gaan op pad met uiteindelijk 2 gidsen; Nick & Johnny. Nick is de verteller van de twee en Johnny is de spotter. Het is een mooie tour en met deze jeep kom je goed door de zandduinen. De omgeving is weer prachtig. De dag is hier echter wel koud begonnen en ik ben helemaal happy met mijn nieuwe winterjas. Die komt mij prima van pas en is geen overbodige luxe. Het is vanmorgen mistig (dat is het hier blijkbaar iedere dag) en daardoor KOUD. Het is nog geen 10 graden Celcius. De mist zorgt voor een vochtig laagje op het woestijnzand en dat is genoeg voor de woestijndieren om van te leven. Het heeft hier vanaf 2011 niet meer geregend. Dat is best een tijdje…

Johnny vindt tijdens deze tour een slang, een gekko, een hagedis en een kameleon. Mooie vangst en ik vind met name de gekko en de hagedis de mooiste. De hagedis is bijzonder grappig. Hij is slechts een 10 centimeter groot en maakt zich erg boos naar ons. Gaat dan breed op z’n pootjes staan om indruk te maken. Zie de foto’s voor dit opgewonden standje. 

De tour duurt de hele ochtend en aan het einde worden we weer keurig bij onze B&B afgezet. Aanrader: Charly’s living desert tours.

De mist is ondertussen helemaal opgetrokken en na een korte tussenstop in onze B&B voor een plas gaan we te voet Swakopmund in om eerst maar eens wat te eten. Daarna zijn we naar de kristal gallery gelopen. Het is een klein kristal museum, maar met het grootste kwartskristal ooit gevonden. Mijn hart gaat altijd sneller kloppen van edelstenen en mineralen, dus ik was weer eens helemaal happy. Heb verschrikkelijk mooie Toermalijnen gezien. Kon het uiteindelijk in de bijbehorende winkel niet laten en heb toch weer wat stenen gekocht. Ik weet de uitgaven nog beperkt te houden en nadat we uitgekeken zijn wandelen we verder richting het strand en de pier. En daar ging het fout…

Komen we een plaatselijk marktje tegen met handelswaar. Ach mensen, wat is dat toch heerlijk om dan te gaan struinen. Jan weet dan al dat het gegarandeerd fout loopt. Ik kan het pingelen niet laten en koop een armband (40 Namibische dollars = 2,5 Euro). Alle handelslui hebben ons dan op de korrel en dan wordt het de kunst van het “nee” zeggen. Is niet overal gelukt kan ik zeggen. We komen uiteindelijk thuis met dus de armband, 2 schaaltjes en nog wat stenen. Het had veel meer kunnen zijn, dus het is nog wel enigszins gelukt om nee te zeggen (alhoewel Jan hier anders over zal denken). Met de buit op zak kuieren we terug naar de B&B. Luieren nog een uurtje en zijn dan met de auto weer naar het strand gereden. 

Eten in het Lighthouse retaurant (bij de vuurtoren) en maken daar de dag vol. Morgen vertrekken we weer uit Swakopmund. Ik vond het een heerlijke stad om in rond te hangen.